CNV Vakmensen wil in de schoonmaakbranche een opleiding voor facilitair medewerker invoeren. Die opleiding moet schoonmakers de kans geven om hun werkzaamheden en hun uren uit te breiden. "Veel schoonmakers hebben kleine baantjes, waarmee ze op dit moment te weinig verdienen", zegt Jan Kampherbeek van CNV Vakmensen. "We willen graag meer volwaardige banen creëren."
Voor de CNV-onderhandelaar is dit een belangrijk onderwerp tijdens de onderhandelingen over een nieuwe cao voor de 150.000 schoonmakers in Nederland. Het cao-overleg begint op 8 november. In de voorstellenbrief die CNV Vakmensen deze week naar werkgeversorganisatie OSB heeft gestuurd, stelt Kampherbeek een tweejarige cao voor, met een totale loonsverhoging van 5,5 procent (3 procent per januari 2014 en 2,5 procent per 1 januari 2015).
Multi-inzetbare schoonmakers
CNV Vakmensen pleit voor een opleiding facilitair medewerker, waarin verschillende disciplines samenkomen: schoonmaak, groenonderhoud, catering, postkamerdiensten en receptiediensten. Kampherbeek: "Veel schoonmakers hebben meerdere kleine baantjes, bij verschillende werkgevers. Ze moeten altijd schipperen. Tegelijkertijd zien we een ontwikkeling van steeds meer multi-servicediensten. Het zou mooi zijn als schoonmakers, als ze dat willen, de kans krijgen om met gevarieerde werkzaamheden hun uren uit te breiden en op die manier volwaardige banen te creëren. Zo verbreden ze hun functie tot facilitair medewerker." Ook vanuit arbo-oogpunt zou dit volgens Kampherbeek een interessante ontwikkeling zijn. "Meer afwisseling in de werkzaamheden draagt eraan bij dat langer op een gezonde manier aan het werk kunnen blijven."
Opleidingen
Het opleidingsbeleid in de branche kan nog beter, vindt CNV Vakmensen. Uit een enquête onder schoonmakers blijkt volgens de vakbond dat ruim de helft van de schoonmakers (53 procent) zelf om een schoonmaak-opleiding moet vragen. Dat valt lang niet altijd in goede aarde: bij vier op de tien schoonmakers doet de werkgever vervolgens moeilijk. Kampherbeek: "Wij willen juist dat schoonmakers gestimuleerd worden om een opleiding te volgen. Daarmee versterken ze hun positie op de arbeidsmarkt." CNV Vakmensen wil daarnaast een fonds instellen, waar werknemers een beroep op kunnen doen als ze een opleiding willen volgen die niet meteen op de schoonmaak is gericht. Voor dat fonds moet 100.000 euro beschikbaar komen.
Reiskosten
CNV Vakmensen wil verder een betere reiskostenvergoeding voor de schoonmakers. Kampherbeek: "Veel schoonmakers werken op verschillende objecten. Wij willen een fatsoenlijke reiskostenvergoeding als ze voor hun werk meer dan 20 kilometer per dag moeten reizen. Op dit moment ligt die lat te hoog, pas vanaf 60 kilometer. Daaronder betalen ze alles uit eigen zak." Tijdens het cao-overleg komt ook werkdruk en ziekteverzuim aan de orde. De schoonmaakbranche werkt nog met een systeem van wachtdagen. "Dat betekent dat de eerste twee ziektedagen voor eigen rekening zijn. Op dit moment loopt er in de branche een onderzoek naar het beleid rond ziekteverzuim. De resultaten daarvan komen aan de orde tijdens het cao-overleg."
Werkdruk neemt toe
Uit de eigen enquête van CNV Vakmensen blijkt dat bijna driekwart van de schoonmakers vindt dat de werkdruk de afgelopen twee jaar is toegenomen. Bij vier op de tien schoonmakers doet de werkgever bovendien 'vaak' of 'altijd' moeilijk bij een ziektemelding. "De druk op de schoonmakers om door te werken is groot", constateert Kampherbeek. "Ook dat nemen we mee in het cao-overleg." In de schoonmaak-cao wordt traditiegetrouw ook een bijdrage afgesproken voor internationale projecten. CNV Vakmensen wil dit keer graag een bijdrage van 15.000 euro voor jongeren in Moldavië, om hen te trainen voor werk in de schoonmaak.